Hoe Centro Felix Varela het Cubaanse klimaatplan in praktijk brengt

Cuba, een eiland in de Caraïben, is meer dan andere landen blootgesteld aan de effecten van klimaatverandering. De Cubaanse staat heeft dat goed begrepen en voert een sterk klimaatbeleid met een ambitieus actieplan voor de volgende 100 jaar. Centro Felix Varela, een partner van Viva Salud en Cubanismo.be, neemt actief deel aan het plan.

Een ambitieus klimaatplan

De Cubaanse staat heeft een strijdplan opgestart tegen de klimaatverandering onder de naam “Tarea Vida”, wat zoveel betekent als “Plan voor het leven”. Dit plan is gebaseerd op onderzoek naar klimaatsveranderingen van de Academie voor Wetenschappen van Cuba in 1991. De resultaten en aanbevelingen van dit grootse project, over de gevaren voor en de kwetsbaarheid van de Cubaanse kusten, heeft geleid tot een plan met strategische acties in 11 domeinen.

Centro Felix Varela is een actieve speler in dit programma. Het centrum heeft als opdracht actiemiddelen te ontwikkelen om Cubanen te sensibiliseren rond de risico’s van klimaatopwarming en hun algemene kennis hierover te verbeteren. Het centrum werkt ook aan een betere participatiegraad van de bevolking in de strijd tegen de klimaatverandering en aan de bewustwording om te besparen op het gebruik van water.

Om het hoofd te bieden aan klimaatverandering en de effecten ervan is milieu-educatie en bewustwording van groot belang. Daarom ontwikkelt Centro Felix Varela educatieve acties gebaseerd op de methode van “Green Mapping”.

 

“Green Mapping”, wat is dat?

Dit is een unieke methode waarbij de bewoners zélf de natuurlijke bronnen in hun leefmilieu in kaart gaan brengen. En dit in de letterlijke zin van het woord! Gewapend met een papieren plan met een legende onderzoeken ze naar hun directe, lokale leefmilieu. Elke site met een ecologische, sociale of culturele waarde correspondeert met een bepaald symbool. De bewoners leren op die manier hun leefomgeving beter kennen, door het detecteren van problemen en door het zoeken naar oplossingen met de lokale overheden.

Concrete voorbeelden: een put met vervuild water, een speelplein dat toe is aan renovatie, de ontdekking van een vergeten maar rijk stukje bos, een gemeenschapscentrum met een aangrenzend terrein dat dienst kan doen als voetbalveld, …

Hun slogan: ‘si mapea con amor, tu barrio sera mejor‘, wat vertaald kan worden als: ‘breng je wijk in kaart met liefde, en je wijk zal verbeteren’. “Green Mapping” in Cuba wordt georganiseerd door een nationaal netwerk en gecoördineerd door Centro Felix Varela.

 

Concrete acties en resultaten

Het netwerk heeft als doel vormingen te organiseren rond klimaatverandering en de de effecten ervan op het dagelijkse leven. Deze vorming heeft geleid tot de ontwikkeling van ecologische risicokaarten, die de gemeenschappen en lokale overheden sensibiliseren en informeren over de kwetsbaarheid van hun leefomgeving.

Een van de grootste bedreigingen in Cuba is de droogte. 71% van het Cubaans grondgebied is onderhevig aan droogte, en 33% daarvan aan gemiddelde tot extreme droogte. De drinkwaterreservoirs in de hoofdstad Havana zijn slechts gevuld tot 19% van hun totale capaciteit.

Centro Felix Varela zorgt voor de verspreiding van informatie bij een breder publiek via audiovisuele middelen, exposities en conferenties. Bovendien hebben ze de hydraulische infrastructuur van verschillende gemeenschappen nagekeken. Deze controle heeft geleid tot concrete aanpassingen. In de gemeente Venezuela bijvoorbeeld, die sterk door droogte wordt geteisterd, hebben ze reservoirs geïnstalleerd en waterfilters verspreid om de toegang tot water te garanderen voor het meest kwetsbare deel van de bevolking. De lokale overheid heeft eveneens de installatie van een waterzuiveringsstation goedgekeurd.

Dankzij deze controle, de verspreiding van kennis, van kaarten en concrete actie, heeft het centrum al de volgende zaken kunnen realiseren:

  • de opleiding van klimaatcoaches;
  • bewustmaking van het belang van recyclage en het rationeel gebruik van water;
  • bewustmaking rond agrarische ecologie;
  • het opstarten van workshops voor het bewaren van voedsel;
  • een halt aan het gebruik van pesticiden;
  • het aanplanten van gewassen die resistent zijn tegen ongunstige klimaatsituaties;
  • het schoonmaken van stranden, rivieren en kusten
  • herbebossing, vooral van de mangroves;
  • het maken van een brochure over cyclonen voor Cubaanse studenten.

Solidagro en agro-ecologie

Solidagro ijvert voor het recht op voedsel wereldwijd. Hoe we dit doen en welk rol de begrippen voedselzekerheid, voedselsoevereiniteit en agro-ecologie hierin spelen, ontdek je in de volgende tekst. Bekijk zeker ook de video waar onze partners het woord nemen!

Solidagro en agro-ecologie volgens de principes van de rechtenbenadering

Solidagro ijvert voor het recht op voedsel wereldwijd door samen met lokale partnerorganisaties in België, Bolivia, Burkina Faso, Filipijnen, Mali en Senegal de transitie naar agro-ecologie te ondersteunen en versterken. Solidagro en  haar partners doen dit door het versterken van boerenorganisaties, gemeenschappen en overheden in de ontwikkeling en verspreiding van agro-ecologie via landbouwprogramma’s, educatie, sensibilisering en beleidsbeïnvloeding. Recht op voedsel impliceert dat Solidagro de rechtenbenadering hanteert als leidraad voor haar strategie en interventies.

Wat volgt zijn enkele begrippen verder toegelicht die Solidagro gebruikt als handvatten bij haar werking. We eindigen met een video waarin partners van Solidagro vertellen over de samenwerking met Solidagro.

 

Voedselzekerheid

Het recht op adequaat voedsel is een fundamenteel en universeel mensenrecht dat toekomt aan alle individuen en alle bevolkingsgroepen. Dit recht is erkend in verscheidene internationale verdragen en gebaseerd op de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) en het internationale Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten.

Het recht op adequaat voedsel impliceert voedselzekerheid, wat betekent dat alle mensen op ieder moment fysieke en economische toegang hebben tot voldoende, veilig en voedzaam voedsel, aanvaardbaar binnen een bepaalde cultuur om te voldoen aan de dagelijkse noden om een actief en gezond leven te kunnen leiden. Daarnaast is ook een vredevolle en stabiele politieke, sociale en economische omgeving essentieel, zodat staten in staat zijn om gepaste prioriteit te geven aan voedselzekerheid en het uitsluiten van armoede. Democratie, bevordering en bescherming van alle mensenrechten en fundamentele vrijheden zijn nodig om duurzame voedselzekerheid voor iedereen te bereiken.

Van hieruit ontstond het concept van voedselsoevereiniteit.

 

Definitie voedselsoevereiniteit

Via Campesina, een internationale boerenorganisatie, beschrijft voedselsoevereiniteit als volgt:

“Het is het recht van mensen, gemeenschappen en landen om hun eigen landbouw-, werk-, visserij-, voedsel- en landbeleid te bepalen dat past binnen hun eigen ecologische, sociale, economische, culturele en unieke omstandigheden.”  [1]

 

Voedselzekerheid of voedselsoevereiniteit?

Het grootste verschil tussen voedselzekerheid en voedselsoevereiniteit situeert zich rond het gegeven van machtsconcentratie. Voedselzekerheid is een redelijk neutraal concept op vlak van machtsrelaties. Het veroordeelt noch de economische machtsrelaties aanwezig in de voedselketen en internationale voedselhandel, noch het eigenaarschap over essentiële bronnen nodig voor voedselproductie zoals land en toegang tot informatie. Voedselsoevereiniteit aan de andere kant vertrekt vanuit de bescherming van de eigen productiemiddelen en het betrekken van producenten en consumenten bij het landbouw- en voedselbeleid van een land/regio. Dat leidt tot evenwichtigere machtsverhoudingen in de voedselketen, zowel in binnenland als in de internationale handel van landbouwproducten.

Vandaag kiest Solidagro voor het concept voedselsoevereiniteit omdat de doelen, strategieën en engagementen met betrekking tot het recht op voedsel niet passen in de gelimiteerde definitie van voedselzekerheid. Het wordt gezien als een beleidskader dat zorgt voor voedselzekerheid door de grondoorzaken van honger en armoede aan te pakken. Voedselsoevereiniteit omvat dus het echte recht op voedsel.

 

Agro-ecologie

Solidagro ziet agro-ecologie als de beste manier om het recht op voedsel voor iedereen te garanderen.

CIDSE beschrijft agro-ecologie als:

  • een wetenschappelijke onderzoek benadering,
  • een aantal principes die veerkracht en duurzaamheid van voedsel- en landbouwsystemen verbeteren
  • en als een sociaal-politieke beweging.

Agro-ecologie kan worden gezien als het effect van de gezamenlijke toepassing van vier dimensies, bestaande uit de ecologische, de socio-culturele, de economische en de politieke dimensie.

Meer informatie hierover is te vinden in de paper die CIDSE publiceerde in 2018.[2]

 

Samenvattend

De sociale, ecologische en economische crisis waarin we ons vandaag bevinden vraagt, volgens Solidagro, om een radicale verandering van onze landbouw- en voedselsystemen. Daarom is het belangrijk om alle vier de dimensies van agro-ecologie tegelijkertijd aan te pakken. Agro-ecologie moet dus beschouwd worden als een ondeelbaar geheel, als een holistische aanpak.

Agro-ecologie draagt bij tot een oplossing voor de grondoorzaken van de uitdagingen waarmee onze maatschappij vandaag geconfronteerd wordt en stelt bestaande machtsstructuren in vraag. Solidagro kiest dan ook om sterk te werken vanuit agro-ecologie als een geheel, omdat het op deze manier kan leiden tot enorme, positieve effecten op mensenrechten en in het bijzonder tot de realisatie van het recht op voedsel.

 

Illustratie: Solidagro en agro-ecologie (video)

In deze video zien we een ‘food & fun’ dag georganiseerd door Solidagro voor partners, vrijwilligers en sympathisanten. Verschillende van onze partners vertellen over het belang van duurzame landbouw, gezonde voeding, agro-ecologie en internationaal samenwerken.

[1] Definitie van La Via Campesina. Deze definitie werd bevestigd in de paper Food Sovereignty Framework: concept and historical context dat werd voorgesteld op het eerste Internationale Voedselsoevereiniteit Forum in Nyéléni in 2007.

[2] Paper CIDSE: https://agroecologyprinciple.atavist.com/de-principes-van-agroecology

Geëmancipeerde vrouwen in Vila Vila

Aynisuyu is een partnerorganisatie van Solidagro in Bolivia die werkt aan de lokale ontwikkeling en verspreiding van agro-ecologische modellen in het kader van het recht op gezonde voeding en water. Ze werken met publieke en private actoren, met aandacht voor arme boeren en kwetsbare groepen zoals vrouwen, kinderen en jongeren.

Aynisuyu heeft in Vila Vila, een rurale gemeente in de Cono Sur regio, departement Cochabamba,  vanaf 2017 een proces op gang gezet  van sensibilisering en capaciteitsversterking van de overheid en basisorganisaties van Vila Vila rond de toepassing van de Wet voor Aanvullende Voeding op Scholen, een reglement dat in 2018 in werking is getreden.  De boerinnenorganisatie Bartolina Sisa van Vila Vila is de grote leverancier van lokale voedzame producten voor het Schoolontbijt.  Santusa Romero Crespo is de secretaris van deze organisatie op subcentraal niveau:

 

 “De vrouwenorganisatie was erg zwak omdat er geen middelen waren voor deelname aan bijeenkomsten van Bartolina Sisa op hogere niveaus. We hebben veel nagedacht over hoe we eigen inkomsten kunnen genereren. Met steun van Aynisuyu verwerken we sinds drie jaar granen en peulvruchten die lokaal worden geproduceerd en verwerkt in voedzame drankjes voor de kinderen op school. Na drie jaar zijn we als vrouwenorganisatie meer een eenheid geworden en is een aparte directie opgericht speciaal voor het functioneren van deze producentenorganisatie. Dankzij de inkomsten kan de directie van de overkoepelende vrouwenorganisatie zich nu beter mobiliseren. Het initiatief heeft de aandacht getrokken van meer boerinnen om producten te leveren aan deze producentenorganisatie of om te werken voor een dagloon. Het aantal leden is het afgelopen jaar toegenomen van 71 tot 99 vrouwen uit zes dorpen”. De vrouwenorganisatie en de producentenorganisatie versterken elkaar dus wederzijds. De economische ontwikkeling van de vrouwen is een belangrijke stap in hun emancipatieproces. De boerinnen kopen de producten lokaal op zodat ze ook een nieuwe afzetmarkt verschaffen aan boerengezinnen. En tegelijkertijd verbetert het initiatief, dus de voeding van de kinderen.

Hoe staat het met agro-ecologie in Bolivia?

Wanneer u kan kiezen tussen een sla gekweekt in chemicaliën (pesticiden, herbiciden of insecticiden) of een andere, zonder chemicaliën, op biologische wijze gekweekte sla – welke zou u dan kopen?

Op de Boliviaanse markt wordt zelden gevraagd hoe de groenten werden gekweekt, nochtans zijn er boeren die kiezen voor de biologische manier, en er zijn anderen die met chemische bestrijdingsmiddelen hun sla kweken.

De agro-industrie uit het laagland van Bolivia heeft de afgelopen jaren een zeer sterke lobby gehad bij de overheid in La Paz, waardoor de deur wagenwijd werd opengezet voor chemische bestrijdingsmiddelen en genetische gemanipuleerde gewassen. De enorme bosbranden in de Chiquitania, rond september 2019 waren het gevolg van overheidsbeleid om de landbouwgrond vrij te maken voor monocultuur van bijv. soja. In deze context groeide het besef van vele actoren in Bolivia, die zich sterk maken voor agro-ecologie, dat het de hoogste tijd is om de krachten te bundelen en zodoende tegenwicht te bieden.

 

MAB – Boliviaanse Agro-ecologisch Beweging

Begin 2020 kwamen verschillende instellingen, platformen, ngo’s en agro-ecologische producenten samen in La Paz om de stand van zaken over deze alternatieve voedselproductievorm te evalueren en om een beleidsstrategie te ontwerpen voor de promotie ervan tot op nationaal niveau. Ze noemen zichzelf de ‘Boliviaanse Agro-ecologisch Beweging’ (MAB – Movimiento Agroecológico Boliviano). In maart 2020 werd wederom een stap gemaakt richting de verdere consolidering van deze nieuwe agro-ecologische beweging.

Solidagro ondersteunt de beweging met de participatieve ontwikkeling van een strategie voor sensibilisering en beleidsbeïnvloeding. Hieruit kwamen drie speerpunten naar voren:

  1. Meer investering en ondersteuning van de agro-ecologische producenten op landelijk niveau.
  2. Sensibilisering van consumenten over het belang van gezonde voeding.
  3. Promotie van de korte keten: directe verkoop van ecologische producenten aan de consument van gezond voedsel.

 

Agro-ecologisch produceren, systemische aanpak

“Het is veel gemakkelijker om een conventioneel product te produceren. Je krijgt een plaag en je zet er insecticide op; je krijgt een onkruid en je zet er herbicide op; je bodem is slecht, je zet er kunstmest op. Agro-ecologische productie gaat verder, je herstelt de bodem door een reeks praktijken zoals gewasrotatie, rotatie van percelen, voorbereidde input, enz. De productie is dus erg complex, maar het is echt duurzaam omdat we het milieu niet schaden en we de biodiversiteit respecteren en we in principe werken met lokale inputs, om niet afhankelijk te zijn van externe inputs,” zegt de technisch directeur van de Vereniging van Organisaties van Ecologische Producenten van Bolivia, Lourdes Vargas, een entiteit die 70.000 agro-ecologische producenten in het hele land samenbrengt.

 

Wat de productie betreft, hebben de organisaties die samen de MAB vormen, de klimaatverandering geïdentificeerd als een van de belangrijkste gevaren die worden aangemoedigd door het conventionele voedselproductiesysteem. En die, dubbel, ook de agro-ecologische productie beïnvloedt door het verzwakken van de bodem en het ecosysteem.

“Als we een goede bodem hebben, zullen we goede gewassen hebben; als we goede gewassen hebben, zullen we goed voedsel hebben; en als mensen goed voedsel eten, zullen ze gezond zijn. We moeten ook denken aan de vele generaties die na ons nog zullen komen,” zei Germán Vargas van de Agroecology and Faith Association of Cochabamba.

 

“Degenen die zichzelf als voorstander van de agro-ecologie beschouwen moeten een systematische aanpak hebben: ik kan niet het ene uur agro-ecologisch zijn en het andere uur niet, ik kan niet thuis agro-ecologisch zijn en buitenhuis een onwetende consument zijn, ik kan niet werken in een agro-ecologische instelling en terug naar huis gaan en een ‘junkie-consument’ zijn. Het is belangrijk om dit bewustzijn binnen elke persoon, familie en uiteindelijk binnen elke instelling te stimuleren”, aldus Maria Julia Jimenez, coördinator van de Slow Food-beweging in Bolivia, die werkt aan de productie van goed, eerlijk en schoon voedsel, en dat in tegenstelling tot fastfood.

 

Overheid steun?

Tot slot werd vastgesteld dat het gebrek aan overheidsbeleid op gemeentelijk, departementaal en nationaal niveau de groei en de bevordering van agro-ecologie belemmert. Men ziet dat de agro-industrie van soja, olie en andere producten, die zich voornamelijk in het oostelijke deel van Bolivia bevinden, het meest profiteren van het overheidsbeleid.

 

“We hebben het gehad over het gebrek aan duidelijkheid in het staatsbeleid. We zien dat alle ministers en viceministers die verantwoordelijk zijn voor een deel van het probleem waar we mee te maken hebben, een zeer beperkt budget hebben en dat de staat bovendien over het algemeen de voorkeur geeft aan sojaboeren, veehouders, grote producenten die pesticiden gebruiken, enzovoort. Dit voor politiek of economisch gemak. We hebben het gevoel dat er een soort van dubbel discours is, dus we willen graag opheldering. Wil je echt dat we de voorkeur geven aan gezonde voeding of is het slechts een zoethouder om ons tot zwijgen toe te bewegen? Dat is wat we gemakzuchtig beleid noemen”, legt de voorzitter van de Vereniging van Boliviaanse Chef-koks, Pierre Van Oost, uit.

MAB probeert via deze bijeenkomsten, in lijn met de strategie voor beleidsbeïnvloeding, meer instellingen te betrekken om een grotere politieke impact te bereiken. In eerste instantie op lokaal en vervolgens op nationaal niveau, legde Enrique Torrejón, coördinator van het Sustainable Food Systems Program van de Nationale Unie van Instellingen voor Maatschappelijk Actiewerk (UNITAS), nog uit.

Gemeentelijk wetgeving voor de bescherming van water in Bolivia

Water is leven, maar wat als er steeds minder water is? Houdt het leven dan ook op? Solidagro zet daarom meer en meer bescherming van waterbronnen en infiltratiegebieden op de eerste plaats!

Water is leven” is een veel gehoorde uitspraak in de Cono Sur regio (Bolivia). Omgekeerd geldt hier ook dat zonder water geen leven mogelijk is. Dit is in toenemende mate de realiteit voor veel boeren in Cochabamba, waar Solidagro en haar partners Agrecol, Aynisuyu en INCCA (Instituto de Capacitación Campesina) actief zijn. Gedwongen migratie naar de stad door gebrek aan water is hier aan de orde van de dag.

 “Vroeger was hier een waterbron” hoort Solidagro steeds vaker wanneer ze boerendorpen bezoeken.

 

Dit heeft Solidagro en hun partners aan het denken gezet na meer dan 10 jaar uitvoeren van rurale projecten rond voedselzekerheid. Irrigatie was altijd een centraal element in deze projecten en met succes. Veel boeren hebben hun oogst kunnen verdubbelen door toegang tot irrigatiewater. Maar voor hoe lang nog?

 

Inmiddels is Solidagro en zijn partners sinds 2018 bezig in de Cono Sur regio bestaande uit 12 rurale gemeenten met de participatieve ontwikkeling van gemeentelijke wetgeving voor de bescherming van waterbronnen en infiltratiegebieden. Dit proces begint nu haar vruchten af te werpen. In september 2019 keurde de gemeente Vila Vila haar wet goed en in andere gemeenten van de Cono Sur wordt aan de weg getimmerd. In Pasorapa beleefde Solidagro onlangs de eerste watertop waar met een grote vertegenwoordiging van basisorganisaties en de gemeentelijke overheid de basis werd gelegd voor nieuwe wetgeving voor integraal waterbeheer.

In totaal hebben naast Vila Vila nog 8 gemeenten in Bolivia wetgeving voor de bescherming van hun waterbronnen en infiltratiegebieden. De gemeenten die hier werk van maken mogen we dus onder de pioniers rekenen (bron: Normativa municipal de protección de zonas de recarga hídrica, Helvetas/ MMAyA, november 2018).

Infiltratiegebieden?

De bescherming van waterbronnen en infiltratiegebieden komt zelden direct als prioriteit voort uit de basisorganisaties of gemeentelijke overheden. De toegang tot water is wat lokale actoren sterk mobiliseert, maar van het belang van de bescherming van het water bergop is men zich nog weinig bewust. Het is dus een uitdaging om deze lokale actoren te overtuigen van actie om hun water voor de toekomst te garanderen.

Veel boerenleiders horen voor het eerst van infiltratiegebieden of verwarren deze met de waterbronnen zelf (daar waar het water uit de grond komt). De infiltratiegebieden bevinden zich boven in de bergen, aan de bovenkant van het stroomgebied en hebben een sponswerking. In de regentijd wordt in deze gebieden het grondwater aangevuld waardoor de waterbronnen in de droge periode nog steeds water bevatten.

Het niveau van infiltratie hangt echter van verschillende factoren af zoals de hellingsgraad, de bodemsoort, de vegetatie, de neerslag in het gebied… Wanneer de dorpen in deze gebieden ongecontroleerd het bos kappen, de vegetatie verbranden en overbeweiding plaatsvindt, verliezen de infiltratiegebieden hun sponswerking en stroomt het water de berg af, vaak met erosie tot gevolg.  De toepassing van chemische bestrijdingsmiddelen en de uitwerpselen van het vee verontreinigen de waterbronnen. Bescherming van deze gebieden is dus van groot belang!

Om de gemeenten en basisorganisaties hiervan te overtuigen heeft het Solidagro programma o.a. uitwisseling georganiseerd met andere gemeenten die al verder zijn met de bescherming van hun water. Bestaande wetgeving rond de bescherming van waterbronnen heeft Solidagro verspreid als voorbeeld in de Cono Sur regio en daarbuiten.

Capaciteitsversterking over inhoudelijke en legale aspecten, sensibilisering via folders en regionale radio, lobby naar gemeenten, deelname aan bijeenkomsten van de boeren en boerinnenorganisatie zijn allemaal onderdeel van de gezamenlijke ontwikkeling van de lokale wetgeving. Hierbij bundelen de partners lokale capaciteiten met die van andere ngo’s, universiteiten en voor specifieke legale kwesties huren de Solidagro partners consultants in.

Wetgeving en effecten

Concreet voorziet de wetgeving een jaarlijkse watertop met alle relevante lokale actoren en een evenwichtige deelname van mannen en vrouwen. Tijdens deze top worden de prioriteiten bepaald, de infiltratiegebieden die als eerste aandacht verdienen worden geïdentificeerd en vervolgens wordt een plan gemaakt voor de bescherming van deze gebieden. Het gaat om activiteiten als de omheining van de waterbronnen en infiltratiegebieden, aanplanten van inheemse boomsoorten, het graven van filtratiegeulen…

In de wet is een percentage vastgesteld van 0,5 % van het totale gemeentebudget dat jaarlijks besteed moet worden aan de uitvoering van dit plan. Ook wordt een organisatie van lokale actoren opgezet voor het beheer van de micro-stroomgebieden. Overtreding van de regels in de beschermde gebieden is strafbaar.

De ontwikkeling van lokale wetgeving heeft weinig zin wanneer de lokale actoren, de boeren- en boerinnenorganisatie, de irrigatiewerkers, niet vanaf het begin betrokken zijn bij het proces. De basisorganisaties moeten sociale controle uitvoeren zodat de gemeente het beleid ook daadwerkelijk in de praktijk brengt. Alleen wanneer het voorstel voldoende legitiem is en gedragen wordt door de basisorganisaties, zullen de gemeenten de wetgeving blijven uitvoeren.    

 

Solidagro’s invalshoek wekt alvast interesse van veel andere organisaties waaronder ngo’s, netwerken, universiteiten en andere gemeenten. Het Ministerie van Water en Milieu steunt dit soort lokale wetgeving ook in lijn met het Nationaal Plan voor Stroomgebieden. Door krachten te bundelen mikt het Solidagro-programma in Bolivia op een sneeuwbaleffect zodat steeds meer gemeenten in Bolivia hun water gaan beschermen.

Recht op permanent gebruik van groentetuinen in Burkina Faso

Als het gaat om het recht op voedsel is de toegang tot landbouwgrond een groot probleem voor vrouwen in Burkina Faso. Dankzij de analyse die werd uitgevoerd door Solidagro’s partners en lokale maatschappelijke organisaties, werden de oorzaken van deze moeilijkheden stuk voor stuk in kaart gebracht.

In Burkina Faso hebben de partners van Solidagro een zeer goede kennis van de context waarin ze werken, waardoor ze relevante oplossingen kunnen aanreiken voor de problemen waarmee de doelgroepen worden geconfronteerd.

Toen bijvoorbeeld bleek dat er drempels waren waardoor vrouwengroepen in het droge seizoen niet met groenteteelt begonnen, analyseerden de partners de situatie met de leden van deze basisorganisaties. Ze ontdekten dat de rechten van vrouwen om toegang te krijgen tot landbouwgrond voortdurend in vraag werd gesteld en dat de groentetuinen aan het einde van elk project/programma hen opnieuw werden ontnomen. Tegenover deze achtergrond bleven de plichtsdragers passief. Dit kan te wijten zijn aan het sociale en traditionele karakter in de Burkinese maatschappij, dat erg gevoelig blijft bij het spreken over vrouwenrechten. Daarnaast is de wetgeving over landgebruik moeilijk om toe te passen. Een eerste stap is het identificeren van de plichtsdragers die het landbezit kunnen vergemakkelijken. Dit zijn de landeigenaren en de lokale autoriteiten.

Een goede stakeholderanalyse en het besef van vrouwen over hun recht op landbouwgrond leidden tot effectieve onderhandelingen. Deze maakten het mogelijk om percelen permanent beschikbaar te maken voor de vrouwengroepen. Uit dit proces blijkt dat het opeisen en toegankelijk maken van landbouwgrond gemakkelijker is voor een basisorganisatie dan voor individuele vrouwen.

Colette, boerin in Burkina Faso en fier het te zijn

Colette is lid van een basisorganisatie in Burkina Faso gesteund door Solidagro. Ze vertelt ons hoe ze hierbij meer zelfvertrouwen kreeg en nu in het openbaar haar mening durft te uiten, als boerin, maar zeker ook als vrouw.

Mijn naam is Colette, ik ben 51 jaar oud, heb 6 kinderen en ik woon in Zitougou, een dorp in de gemeente Zabré in Burkina Faso. Ik ben lid van de “Koudawouré Aminga”-groep. Dit is een basisorganisatie met als doel de lokale ontwikkeling en verbetering van onze levensomstandigheden.

Voordat Solidagro in het gebied actief was, werkten we zonder enige technische ondersteuning. Om de bodem te bemesten, kochten we kunstmest en voor de behandeling van onze planten gebruikten we chemische bestrijdingsmiddelen. Onze bronnen droogden snel op omdat we geen idee hadden hoe het water voor ons groenteperceel te beheren. Sinds de samenwerking met Solidagro ben ik beter toegerust voor de groenteteelt: ik heb mijn productiemethode aangepast en dankzij de toepassing van technieken die voor ons helemaal onbekend waren, gebruik ik geen chemische meststoffen noch pesticiden meer.

Nu heb ik meer economische draagkracht, want in plaats van de chemische inputs te kopen, produceer ik zelf organische meststoffen en dus kan ik mijn geld sparen voor de uitgaven voor het onderwijs van mijn kinderen, wat ik vroeger niet kon doen. Mijn gezondheid is verbeterd doordat het werk is verlicht, waardoor ik minder moe ben. Ik heb nu ook toegang tot een gevarieerd dieet en consumeer wat ik produceer met mijn gezin, terwijl voorheen alles bedoeld was voor de verkoop. Een laatste verandering die ik kan bevestigen, is het feit dat ik me durf uit te spreken in onze basisorganisatie, iets dat ik nooit eerder heb durven doen. Ik heb nu meer zelfvertrouwen.

 

Dit laatste punt verdient meer informatie. Partners van Solidagro zijn opgeleid om gender in hun activiteiten te integreren. Tijdens trainingen wordt bijvoorbeeld de keuze van trainingslocaties en uren bepaald met deelname van alle leden (man en vrouw). Ook worden vrouwen tijdens de training aangemoedigd om hun mening te geven en actief deel te nemen. Het versterken van technische, alfabetiserings- en leiderschapscapaciteiten heeft het voor vrouwen mogelijk gemaakt om meer ruimdenkend en assertiever te zijn. We zien steeds meer vrouwen die niet aarzelen om in het openbaar te spreken en zich duidelijk te uiten. In gemengde basisorganisaties krijgen vrouwen toegang tot verantwoordelijke functies. Volgens hun getuigenissen heeft bewustmaking over het gemeenschappelijke beheer van huishoudelijke middelen en een betere communicatie tussen man en vrouw, geleid tot een beter wederzijds begrip. Vrouwen getuigen dat ze onderhandelingsvaardigheden hebben verworven (inzicht, kennis, inkomen), wat betekent dat mannen er bij de besluitvorming rekening mee houden. Het empowermentprofiel dat door de partners van Solidagro wordt gebruikt, bestaat uit 4 elementen: de geletterde vrouw, de vrouw die haar middelen beheert, de vrouw met toegang tot productiefactoren en de vrouw met toegang tot krediet. Deze indicatoren zijn exponentieel geëvolueerd binnen de gemeenschappen waarmee de partners van Solidagro samenwerken.

Strijd tegen voedselonzekerheid, maar eveneens voor rechten

In Burkina Faso is het weinig gebruikelijk om je rechten op te eisen. De partners van Solidagro werken samen met leden van lokale gemeenschapsorganisaties, zodat die zich meer bewust worden van het lokale en nationale beleid en hun rechten kunnen claimen wanneer deze niet worden toegepast.

De niet-evidentie van het recht op voedsel

In Burkina Faso, waar Solidagro samen met zijn partners actief is, zijn de begunstigde landbouwers overtuigd van het belang van agro-ecologische praktijken om voedselonzekerheid en de gevolgen van de klimaatverandering te bestrijden. Toch is het er voor niemand vanzelfsprekend om over het recht op voedsel praten.

Daarom geven de partners van Solidagro niet enkel trainingen in agro-ecologische productietechnieken aan de leden van de basisorganisaties waar ze mee samenwerken. Ze willen hen ook laten begrijpen wat de onderliggende oorzaken zijn van het niet respecteren van hun recht op voedsel.

 

Gemeentelijk beleid dat hen aanbelangt

Om dit aan te pakken wilden de Solidagro-partners de leden van de basisorganisaties informeren over het gemeentelijk beleid dat hen aanbelangt. De partners deelden de sectorale beleidsdocumenten van de ministeries die verantwoordelijk zijn voor plattelandsontwikkeling. Ze organiseerden ook workshops waarin gemeenteambtenaren en technische overheidsdiensten, die verantwoordelijk zijn voor plattelandsontwikkeling, hun structuren voorstelden, evenals de verschillende aan hen toegewezen opdrachten, de uitgevoerde projecten en het nationale beleid dat aan deze projecten ten grondslag ligt.

Door deze informatie begrijpen de leden van de basisorganisaties dat er maatregelen getroffen worden door de overheid en door de gemeentebesturen om de voedselzekerheid te waarborgen, maar dat deze voorzieningen niet steeds worden geïmplementeerd.

Andere workshops waren meer specifiek gericht op de analyse van de uitvoering van gemeentelijke ontwikkelingsplannen. Hierdoor konden leden van de basisorganisaties de plichtsdragers identificeren die verantwoordelijk waren voor het niet realiseren van een aantal van hun rechten, en meer specifiek hun recht op voedsel. Het werd ook duidelijk dat de uitvoering van deze plannen op het vlak  van agro-ecologische maatregelen eerder beperkt is.

De leden van de basisorganisaties hebben sindsdien de overheden aangesproken over deze informatie, die onvoldoende wordt verspreid, en ook over het feit dat hun rechten op vlak van voedselzekerheid niet worden gerespecteerd.

De Landbouworiëntatiewet in Mali, de verantwoordelijken kennen om hen beter te kunnen interpelleren

In Mali hebben de partners van Solidagro vorming gegeven over de wet die het werk van de basisorganisaties regelt, de Landbouworiëntatiewet. Dit heeft het mogelijk gemaakt voor de leden van deze organisaties om in dialoog te treden met degenen die verantwoordelijk zijn voor de hinderpalen die zij ondervinden en om gezamenlijk oplossingen te vinden.

De Landbouworiëntatiewet

In Mali is het recht op voedsel nog helemaal niet gerealiseerd.  Om de fundamentele oorzaken van de realisatie van en het met de voeten treden van dit recht goed te kunnen aanpakken, hebben de partners van Solidagro (GAAS/Mali en ARAFD) ontmoetingsdagen georganiseerd om aan de ene kant bij de leden van de basisorganisaties (BO) de Landbouworiëntatiewet (LOW) bekend te maken en anderzijds om de hinderpalen vast te stellen die een goede uitvoering van deze wet bemoeilijken.

De LOW is een politiek referentiedocument en beschrijft de strategie op lange termijn van het land wat betreft de landbouw.  De doelstellingen zijn o.a. de economische en sociale promotie van de landbouwbevolking, de voedselsoevereiniteit van het land en de vermindering van de armoede in de landbouwregio’s.  De leden van de BO’s hebben, via de vorming over deze wet, begrepen dat dit kader hen toelaat erkend te worden als wettelijke gesprekspartners van de staat, en dat dit ook een mogelijkheid is om de landbouwpolitiek te volgen en te evalueren.  Maar dit delen van de verantwoordelijkheid werd onvoldoende ondersteund door de staat.

 

Verantwoordelijke wettelijke titularissen

De uitwisselings- en ontmoetingsdagen in verband met deze wet zijn de springplank geweest om de oorzaken te onderzoeken waarom de wet niet toegepast wordt.  De verantwoordelijkheid van de wettelijke titularissen wat betreft het niet respecteren van het betrekken van de landbouw BO’s en van het recht op voedsel van de gemeenschappen, werd vastgesteld.  Acties om te pleiten om dit wel toe te passen werden vervolgens opgestart door de rechthebbenden ten aanzien van de lokale autoriteiten en de lokale technische diensten, die werden geïdentificeerd als de eerste wettelijke titularissen, verantwoordelijk voor het niet toepassen van de LOW.

 

Overlegkaders

Als gevolg van dit pleidooi werden daarna overlegmomenten georganiseerd tussen de lokale autoriteiten, de gedeconcentreerde technische diensten en de BO’s.  Deze overlegrondes hebben de BO’s  toegelaten hun huidige werkzaamheden te tonen, een overzicht te geven van de ondervonden moeilijkheden en te preciseren wat van de staat en de lokale besturen wordt verwacht om deze problemen op te lossen.  De partners zelf hebben de installatie van de nodige instrumenten voor de LOW erdoor geduwd, hetgeen de staat niet had gedaan.

 

BO’s en netwerken

Om bij te dragen aan het verbeteren van de mogelijkheden van de rechthebbenden om hun rechten te kennen, om in staat te zijn deze op te eisen en ze gerealiseerd te zien, hebben de Malinese partners ontmoetingen georganiseerd tussen de BO’s over het werken in netwerken.  BO’s waarmee Solidagro werkt, zijn op deze manier deel gaan uitmaken van verschillende bestaande netwerken en/of hebben zich gegroepeerd in producentenverenigingen.

Gaza: Jongeren in actie voor proper water in hun gemeenschap

Een combinatie van overstromingen in de winter en chronisch tekort aan drinkbaar water doorheen het jaar zet jongeren in Gaza in actie. Ze blijven niet bij de pakken zitten en mobiliseren zich samen met de mensen in hun wijk.

In de winter kampt Gaza regelmatig met hevige regenval. Dat leidt vaak tot overstromingen in de straten van sommige wijken. Daarnaast is er ook een tekort aan drinkbaar door de vervuiling van het grondwater en gebrek aan infrastructuur die werkt om het water te zuiveren. In beide gevallen grotendeels te wijten aan de blokkade door Israël (met medeplichtigheid van Egypte) sinds 12 jaar.

 

Jongeren in Gaza voeren campagne in hun wijk onder het motto ‘Een propere tank voor proper water’

 

Na de hevige regen deze winter kwamen jongeren, actief bij Viva Saluds partner Union of Health Work Committees, in actie. Ze klopten aan bij de lokale overheid met de vraag de straten schoon te maken en een duurzame oplossing te zoeken tegen de overstromingen. Dankzij hun motivatie en dialoog met het lokale bestuur, slaagden de jongeren erin de zaken in beweging te brengen! De overheid heeft het water gedraineerd met de steun van de jongeren en de inwoners van de wijk. Daarna hebben ze een systeem geïnstalleerd om het regenwater op te vangen en het af te voeren naar landbouwgrond zodat boeren het in droge periodes kunnen gebruiken.

Maar dat is niet alles. De jongeren voerden ook een bewustmakingscampagne “een propere tank voor proper water”. Daarmee wilden ze de inwoners van de wijk aanmoedigen om hun tank goed te reinigen zodat het water niet vuil, en dus schadelijk voor de gezondheid, werd. Om de campagne en de kwaliteit van het water op te volgen, maakten ze een Facebookpagina met de inwoners van de wijken. Inwoners maken actief gebruik van de pagina om er zaken te posten over problemen in hun wijk om samen oplossingen te vinden.