Evolutie bij het respecteren van het recht op participatie bij kinderen in Burundi

Nooit eerder waren er op de wereld zoveel jongeren en in Afrika vormen ze het grootste deel van de bevolking, met 40% burgers onder de 15 jaar[1]. Deze jongeren hebben een ongelooflijk ontwikkelingspotentieel, maar hoe staat het met hun participatie in initiatieven van de overheid?

Sinds het in voege treden van het Verdrag inzake de rechten van het kind van de Verenigde Naties is de ‘participatie van het kind’ het voorwerp geweest van heel wat initiatieven en projecten. Dit verdrag (IVRK) -dat voor het eerst in de geschiedenis van het internationaal recht kinderen erkende als onderwerp van rechten en niet zomaar als begunstigden van de bescherming van volwassenen- stelt duidelijk dat deze rechten vereisen dat kinderen zelf gehoord en betrokken worden bij beslissingen over kwesties die hen aanbelangen.

Toch vereist dit recht op participatie van kinderen belangrijke veranderingen in het culturele gedrag ten opzichte van kinderen. In Burundi blijft de strijd duren: soms toont de cultuur zich hardnekkig op dit vlak en krijgen de plichten van het kind voorrang op deze rechten, in het bijzonder het recht op participatie en meningsuiting.

Om de balans in evenwicht te brengen omkadert en vormt KIYO, in samenwerking met de lokale partnerorganisaties, kinderen met betrekking tot een brede waaier aan thema’s over levensvaardigheden en technieken voor sensibilisering en belangenbehartiging. Dankzij deze vormingen leren de kinderen hun rechten kennen, brengen ze in de praktijk en eisen ze op. Dat uit zich in de oprichting van jongerenclubs in scholen en gemeenschappen. Deze clubs bieden het kader waarin kinderen en jongeren elkaar ontmoeten, zich in het openbaar leren uitdrukken, hun omgeving analyseren, oplossingen bedenken voor de vastgestelde problemen, enz.

Naast deze clubs bevordert het programma ook de oprichting van ontmoetingskaders voor kinderen/jongeren en volwassenen (ouders, scholen, lokale overheden, enz…). De kinderen worden daarom geïntegreerd in gemeenschapsstructuren zoals de Comités voor de bescherming van het kind (CPE) of de gemengde comités in scholen (samengesteld uit kinderen en leerkrachten). Deze ontmoetingskaders worden de drijvende krachten in de gemeenschappen en vergemakkelijken en stimuleren acties die bijdragen aan het respect voor de rechten, zoals kinderen helpen die slachtoffer werden van geweld op school of in het gezin.

Al deze, door de lokale partnerorganisaties van het programma, voorziene ruimtes die de actieve participatie van kinderen in de verschillende interventiezones bevorderen helpen de samenwerkingsverbanden tussen jongeren en figuren met autoriteit (volwassenen, vertegenwoordigers van de lokale overheid) versterken en garanderen zo het recht op participatie van het kind.

 

[1] https://www.plan-international.fr/info/actualites/news/2017-01-24-le-role-des-jeunes-dans-latteinte-des-objectifs-du-developpement

De participatie van kinderen in hun gemeenschappen

Burundi is één van de landen die het internationale Verdrag inzake de rechten van het kind ondertekend hebben. Dit verdrag maakt uitdrukkelijk melding van het recht van kinderen op participatie in de besluitvorming die hen aanbelangt. Maar hoe kan deze participatie concreet in de praktijk gebracht worden?

In samenwerking met de vereniging Jumelage Jeunesse pour le Bien Etre des enfants et des jeunes richt KIYO ‘kinder- en jongerenclubs’ op. Na een opleiding over de rechten van het kind zetten de leden van deze clubs gemeenschapsplatformen op voor actie rond problematische kwesties die verband houden met de rechten van het kind en om invloed uit te oefenen op besluitvorming inzake de rechten van het kind.

 

Welke platformen zijn dit?

Deze platformen zijn ontmoetingskaders voor vertegenwoordigers van de kinder- en jongerenclubs op gemeentelijk niveau om gevallen van schendingen van de kinderrechten in de gemeenschappen te verzamelen en ze aan de lokale overheid voor te leggen om de omstandigheden te verbeteren.

 

Wat doen ze?

Deze gemeentelijke platformen maken een analyse van de aangewezen acties en coördineren de gemeenschapsactiviteiten van de kinderen.

Vervolgens richten ze zoneplatformen op om de communicatie over de gehele gemeente mogelijk te maken en tenslotte komen ze een dag per maand samen om de vastgestelde gevallen uit te wisselen en zo hun acties voor campagne op gemeentelijk niveau vorm te geven.

 

Welke acties van belangenbehartiging ondernemen de leden van de platformen?

  • Na het inventariseren van de gevallen van schending van de kinderrechten in hun gemeenschappen stellen de leden acties voor belangenbehartiging op;
  • Ze stellen brieven over de vastgestelde gevallen van schendingen van de kinderrechten op voor de overheden;
  • Ze eisen audiënties bij de autoriteiten om de gevallen toe te lichten. De betrokken overheden bestuderen de gevallen en bepalen de noodzakelijke oplossingen.

 

Dankzij de kinder- en jongerenclubs vergroten de kinderen hun kennis over met kinderrechten verbonden thema’s bij de leden van hun gemeenschap door de opleidingen die ze krijgen. Ze sensibiliseren hun vrienden en de leden van hun gemeenschappen ook met kleine theaterstukjes.

De gemeenschapsgroepen voor sparen en krediet, een bron van economisch herstel en solidariteit

In Burundi hebben achtergestelde mensen geen garanties en vaak zijn ze onvoldoende geïnformeerd over de financiële producten die hun leven kunnen verbeteren. De spaargroepen die KIYO met haar lokale partners organiseert kunnen deze lacunes opvullen en toegang tot het financiële systeem makkelijker en minder intimiderend maken.

Traditionele financiële instellingen zijn niet altijd in staat om te voorzien in de financiële behoeften van de armste mensen. Toch moeten deze mensen toegang hebben tot kleine bedragen aan spaargeld en krediet om onregelmatige inkomsten af te vlakken, geplande uitgaven te garanderen, tijdig te investeren en te reageren op noodsituaties. Door het creëren van zelfhulpgroepen in de gemeenschappen waar ze aanwezig zijn, creëren KIYO en haar lokale partner FVS-Amade sociale banden, gemeenschapsverankering en hoop.

 

De solidariteitsgroepen bestaan uit een dertigtal leden, meestal uit dezelfde wijk. Ze komen een keer per week samen en sparen geld via drie verschillende kassen gedurende een jaar. De eerste kas noemen ze de kapitaalkas. De gespaarde fondsen worden bij een microkredietinstelling geplaatst (die niet toegankelijk is voor kleine bedragen) en woden verdeeld onder de leden zodat ze uitzonderlijke uitgaven (vaak aan hun leven als landbouwer verbonden) kunnen doen. De tweede kas is een solidariteitsfonds die leden of hun gezinsleden kan helpen, bijvoorbeeld bij een hospitalisatie. De derde kas is bestemd voor de wezen en andere kwetsbare kinderen (OEV) van de gemeenschap en kan bijvoorbeeld dienen om materiaal te voorzien bij het begin van het schooljaar. De lijst van OEV’s die hier beroep op mogen doen wordt opgesteld met behulp van het CPE (Comité ter bescherming van het kind) van de gemeenschap en bevat in principe geen kinderen van leden van de groep. Als de groep goed draait kan er ook een gezondheidsmutualiteit aan toegevoegd worden.

 

« Glorieuse heeft niet gestudeerd, maar door haar lidmaatschap van de groep krijgt ze een plaats op hetzelfde niveau als de anderen. Dankzij de groep bloeit ze open. Haar kinderen gaan naar school en hebben genoeg te eten. Nu ze een financiële opleiding gekregen heeft denkt ze anders. Ze voorziet in haar behoeften. »

 

In eerste instantie biedt de solidariteitsgroep een individuele aanpak die nodig is om het vertrouwen te winnen van een bevolking die door jaren van conflict behoorlijk gedestabiliseerd is. Maar wanneer de groep geleidelijk aan begint te functioneren en aan vertrouwen wint, gaat ze over naar een meer collectieve aanpak: van het voorzien van een gemeenschappelijke opslagplaats tot de oprichting van een coöperatieve van meerdere solidariteitsgroepen van dezelfde gemeenschap om een machine voor de verwerking van rijst te kopen. De groep biedt ook een garantie op een zekere rust binnen de gemeenschap omdat de gezinnen van de groepen beschermd zijn tegen vormen van manipulatie waar personen die tot alles bereid zijn om te kunnen overleven niet aan kunnen weerstaan.

Rekening houden met gender: een uitdaging in Burundi

Vandaag de dag moedigen we vrouwen en meisjes aan om te vechten voor hun plaats in samenlevingen waar cultuur, tradities en godsdienst op een voetstuk worden geplaatst. Maar welke hefbomen hebben we om hun initiatieven een boost te geven?

In Burundi is er geen volledige gendergelijkheid omdat er een combinatie is van mogelijkheden en uitdagingen zowel op het niveau van het wettelijke kader als op het niveau van culturele en sociaal-normatieve kader.

Op het gebied van vrouwenrechten in het algemeen beschikt Burundi over een gediversifieerd juridisch arsenaal, met name de grondwet en de internationale verdragen. De kern van de huidige uitdagingen is echter een gebrek aan kennis van het recht, waarschijnlijk als gevolg van de tekortkomingen in de verspreiding en de popularisering ervan, die zelf inherent zijn aan een gebrek aan de nodige middelen, zowel menselijk als financieel, in overeenstemming met de omvang van het probleem[1].

 

Op het vlak van de cultuur is de mentaliteit op het vlak van genderkwesties vrij hardnekkig. In de maatschappij is de plaats van de man, baas van het huishouden, en die van de vrouw, in de eerste plaats in dienst van haar huishouden, verankerd in alle lagen. In deze context van rigide sociale normen nemen de operationele partners van KIYO de taak op zich na te denken over deze kwestie, over hun positie en dit kan leiden tot een duurzame evolutie van de standpunten, de gewoonten en de mentaliteit.

 

In samenwerking met lokale partnerorganisaties zet KIYO strategieën op om het evenwicht te herstellen en de gelijkheid tussen man en vrouw in hun interventiegebied te bevorderen. Op het niveau van de activiteiten wordt aandacht besteed aan de specifieke behoeften van meisjes – belanghebbenden in het programma.  Er wordt ook aandacht besteed aan de bevordering van de gelijkheid tussen man en vrouw in de gemeenschapsstructuren waar het programma mee samenwerkt, met name door te zorgen voor pariteit in de solidariteitsgroepen, de jongerenclubs, de comités voor de bescherming van het kind, enz.

 

De solidariteitsgroepen (GS) voor sparen en kredieten verdienen een vermelding omdat ze een middel zijn om het respect voor vrouwen in de context van het Burundese platteland te bevorderen. Het project dat deze solidariteitsgroepen opzet vertegenwoordigt een inclusieve dimensie op het vlak van gender want dankzij dit project kunnen vrouwen op het platteland, die door de traditie uitgesloten waren uit het economisch systeem, een plaats vinden door zich aan te sluiten bij solidariteitsgroepen. Deze vrouwen zijn nu de drijvende kracht in de ontwikkeling van de gezinnen en hun bijdrage is enorm in de gemeenschapszorg voor weeskinderen en andere kwetsbare kinderen (OEV).

 

KIYO geeft kinderen en jongeren ook de gelegenheid zich uit te spreken over gedrag van genderongelijkheid door hun ouders en oudere broers of zussen dat zelfs de oorzaak is van gendergerelateerd geweld in sommige gezinnen. Deze mentaliteitswijziging -door bewustmakingsacties en verschillende andere strategieën- is dus de hefboom die KIYO in Burundi gebruikt om meisjes en vrouwen volop van hun rechten te laten genieten en hen toegang te geven tot dezelfde mogelijkheden als jongens en mannen.

[1] http://french.xinhuanet.com/2017-05/22/c_136305252.htm