Solidagro en agro-ecologie

Solidagro ijvert voor het recht op voedsel wereldwijd. Hoe we dit doen en welk rol de begrippen voedselzekerheid, voedselsoevereiniteit en agro-ecologie hierin spelen, ontdek je in de volgende tekst. Bekijk zeker ook de video waar onze partners het woord nemen!

Solidagro en agro-ecologie volgens de principes van de rechtenbenadering

Solidagro ijvert voor het recht op voedsel wereldwijd door samen met lokale partnerorganisaties in België, Bolivia, Burkina Faso, Filipijnen, Mali en Senegal de transitie naar agro-ecologie te ondersteunen en versterken. Solidagro en  haar partners doen dit door het versterken van boerenorganisaties, gemeenschappen en overheden in de ontwikkeling en verspreiding van agro-ecologie via landbouwprogramma’s, educatie, sensibilisering en beleidsbeïnvloeding. Recht op voedsel impliceert dat Solidagro de rechtenbenadering hanteert als leidraad voor haar strategie en interventies.

Wat volgt zijn enkele begrippen verder toegelicht die Solidagro gebruikt als handvatten bij haar werking. We eindigen met een video waarin partners van Solidagro vertellen over de samenwerking met Solidagro.

 

Voedselzekerheid

Het recht op adequaat voedsel is een fundamenteel en universeel mensenrecht dat toekomt aan alle individuen en alle bevolkingsgroepen. Dit recht is erkend in verscheidene internationale verdragen en gebaseerd op de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) en het internationale Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten.

Het recht op adequaat voedsel impliceert voedselzekerheid, wat betekent dat alle mensen op ieder moment fysieke en economische toegang hebben tot voldoende, veilig en voedzaam voedsel, aanvaardbaar binnen een bepaalde cultuur om te voldoen aan de dagelijkse noden om een actief en gezond leven te kunnen leiden. Daarnaast is ook een vredevolle en stabiele politieke, sociale en economische omgeving essentieel, zodat staten in staat zijn om gepaste prioriteit te geven aan voedselzekerheid en het uitsluiten van armoede. Democratie, bevordering en bescherming van alle mensenrechten en fundamentele vrijheden zijn nodig om duurzame voedselzekerheid voor iedereen te bereiken.

Van hieruit ontstond het concept van voedselsoevereiniteit.

 

Definitie voedselsoevereiniteit

Via Campesina, een internationale boerenorganisatie, beschrijft voedselsoevereiniteit als volgt:

“Het is het recht van mensen, gemeenschappen en landen om hun eigen landbouw-, werk-, visserij-, voedsel- en landbeleid te bepalen dat past binnen hun eigen ecologische, sociale, economische, culturele en unieke omstandigheden.”  [1]

 

Voedselzekerheid of voedselsoevereiniteit?

Het grootste verschil tussen voedselzekerheid en voedselsoevereiniteit situeert zich rond het gegeven van machtsconcentratie. Voedselzekerheid is een redelijk neutraal concept op vlak van machtsrelaties. Het veroordeelt noch de economische machtsrelaties aanwezig in de voedselketen en internationale voedselhandel, noch het eigenaarschap over essentiële bronnen nodig voor voedselproductie zoals land en toegang tot informatie. Voedselsoevereiniteit aan de andere kant vertrekt vanuit de bescherming van de eigen productiemiddelen en het betrekken van producenten en consumenten bij het landbouw- en voedselbeleid van een land/regio. Dat leidt tot evenwichtigere machtsverhoudingen in de voedselketen, zowel in binnenland als in de internationale handel van landbouwproducten.

Vandaag kiest Solidagro voor het concept voedselsoevereiniteit omdat de doelen, strategieën en engagementen met betrekking tot het recht op voedsel niet passen in de gelimiteerde definitie van voedselzekerheid. Het wordt gezien als een beleidskader dat zorgt voor voedselzekerheid door de grondoorzaken van honger en armoede aan te pakken. Voedselsoevereiniteit omvat dus het echte recht op voedsel.

 

Agro-ecologie

Solidagro ziet agro-ecologie als de beste manier om het recht op voedsel voor iedereen te garanderen.

CIDSE beschrijft agro-ecologie als:

  • een wetenschappelijke onderzoek benadering,
  • een aantal principes die veerkracht en duurzaamheid van voedsel- en landbouwsystemen verbeteren
  • en als een sociaal-politieke beweging.

Agro-ecologie kan worden gezien als het effect van de gezamenlijke toepassing van vier dimensies, bestaande uit de ecologische, de socio-culturele, de economische en de politieke dimensie.

Meer informatie hierover is te vinden in de paper die CIDSE publiceerde in 2018.[2]

 

Samenvattend

De sociale, ecologische en economische crisis waarin we ons vandaag bevinden vraagt, volgens Solidagro, om een radicale verandering van onze landbouw- en voedselsystemen. Daarom is het belangrijk om alle vier de dimensies van agro-ecologie tegelijkertijd aan te pakken. Agro-ecologie moet dus beschouwd worden als een ondeelbaar geheel, als een holistische aanpak.

Agro-ecologie draagt bij tot een oplossing voor de grondoorzaken van de uitdagingen waarmee onze maatschappij vandaag geconfronteerd wordt en stelt bestaande machtsstructuren in vraag. Solidagro kiest dan ook om sterk te werken vanuit agro-ecologie als een geheel, omdat het op deze manier kan leiden tot enorme, positieve effecten op mensenrechten en in het bijzonder tot de realisatie van het recht op voedsel.

 

Illustratie: Solidagro en agro-ecologie (video)

In deze video zien we een ‘food & fun’ dag georganiseerd door Solidagro voor partners, vrijwilligers en sympathisanten. Verschillende van onze partners vertellen over het belang van duurzame landbouw, gezonde voeding, agro-ecologie en internationaal samenwerken.

[1] Definitie van La Via Campesina. Deze definitie werd bevestigd in de paper Food Sovereignty Framework: concept and historical context dat werd voorgesteld op het eerste Internationale Voedselsoevereiniteit Forum in Nyéléni in 2007.

[2] Paper CIDSE: https://agroecologyprinciple.atavist.com/de-principes-van-agroecology

Duurzame ontwikkelingssamenwerking: een kwestie van rechten

Als we het hebben over ontwikkelingssamenwerking of internationale solidariteit valt het woord ‘rechten’ ongetwijfeld. Toch zien we in de praktijk nog al te vaak projecten die bepaalde problemen willen verhelpen zonder de oorzaken aan te pakken. Daarom maakten Viva Salud, KIYO en Solidagro samen met Docwerkers een video waarom het rechtenverhaal zo belangrijk is voor een duurzame ontwikkelingssamenwerking. 

De 4 pijlers van het rechtenverhaal

Deze video is gebaseerd op een visietekst van Viva Salud, KIYO en Solidagro. In deze visie beschrijven we de 4 pijlers van de rechtenbenadering die overeenstemmen met de rubrieken van de website. Het gaat om de volgende pijlers:

  • Spreken over rechten in plaats van over noden
  • De rol van de overheid
  • Rechthebbenden als actoren van verandering
  • Een goede analyse als basis

 

5 strategieën om rechten af te dwingen

In deze visietekst stellen we ook 5 strategieën die voor ons essentieel zijn om de rechtenbenadering toe te passen in de sector van ontwikkelingssamenwerking:

  • capaciteitsversterking
  • empowerment
  • directe dienstverlening
  • beleidsbeïnvloeding
  • draagvlakversterking

 

De rechtenbenadering toegepast op de coronacrisis

De coronapandemie is een verhaal van mensenrechten. Door de aanpak van de crisis komen die rechten op verschillende vlakken en plekken in de wereld nog meer onder druk te staan, voor de meest kwetsbare groepen in het bijzonder. Daarom inspireert de rechtenbenadering ons ook in de strijd tegen het coronavirus en de sociale, economische en politieke gevolgen ervan.

 

Als we van de strijd tegen het coronavirus een geslaagde onderneming willen maken, zetten we beter onze mensenrechtenbril op. De mensenrechtenbril helpt ons om de grondoorzaken van ongelijkheid te zien. In plaats van te spreken over de noden van de bevolking, legt de rechtenbenadering de structurele onrechtvaardigheden van de coronacrisis bloot. Hoe kan je bijvoorbeeld de quarantaine- en hygiënemaatregelen naleven als je met zeven personen in een kamer woont? Of wat als je in een vluchtelingenkamp een toilet moet delen met tientallen anderen?

 

Als we een situatie bekijken vanuit een rechtenbenadering zien we ook de actoren die verantwoordelijk zijn om onze rechten te verdedigen, te beschermen en te vervullen. Als we erkennen dat iemand een recht heeft, de rechthebbenden, dan erkennen we ook dat iemand anders een plicht heeft, de plichtsdragers. De coronacrisis heeft aangetoond dat overheden de belangrijkste plichtsdragers zijn. Zij staan garant voor de rechten van de bevolking en kunnen beslissen om tijdelijk fundamentele basisrechten en -vrijheden op te schorten in tijden van crisis.

 

Ten slotte plaatst de rechtenbenadering de bevolking centraal. Het is een benadering die vertrekt vanuit het potentieel van mensen om zichzelf te versterken om hun rechten te vervullen en hun eventuele afhankelijkheid van hulp te overstijgen door zich te organiseren. Burgers worden actoren van verandering in plaats van passieve slachtoffers. In verschillende landen zoals Brazilië, Palestina of Congo bijvoorbeeld gaan jongeren van deur tot deur om hygiënische kits uit te delen in de strijd tegen corona.

 

 

Op vele plekken in de wereld zien we dat burgers het heft in handen nemen en de straat op trekken om van de overheid verandering te vragen zodat hun rechten worden gerespecteerd. Enkel als mensen zich verenigen en opkomen voor hun rechten, kunnen ze deze afdwingen en zijn structurele veranderingen mogelijk.

 

> Ontdek onze visietekst over de rechtenbenadering

Voedsel Anders en de rechtenbenadering

Voedsel Anders is een groeiende beweging voor agro-ecologie. Deze organisatie bestaat uit 25 lidorganisaties, waarbij elke organisatie haar expertise inbrengt. Solidagro ondersteunt het netwerk voornamelijk via het mee organiseren van activiteiten om zo te zorgen voor een bredere agro-ecologische beweging.

Groeiende beweging voor agro-ecologie

Onze voedselvoorziening kampt met een aantal ernstige knelpunten. De intensieve manier waarop we onze landbouw organiseren leidt vaak tot negatieve impact. Voedsel Anders is ervan overtuigd dat een duurzaam landbouw- en voedselsysteem mogelijk is en geeft een positief alternatief voor het huidige destructieve landbouwmodel.

 

Voedsel Anders ondersteunt en verdedigt de transitie naar duurzame landbouw en voeding op een positieve, verbindende manier.

 

Voedsel Anders wil op een sociaal verantwoorde manier de impact van onze voedselproductie op het milieu aanzienlijk verkleinen. Het netwerk schuift zowel wetenschappelijk onderbouwde als praktisch getoetste alternatieven naar voren. Ze kaart knelpunten met een constructief-kritische blik aan en stelt haalbare oplossingen voor.

 

Agro-ecologie

Om te kunnen zorgen voor een radicale verandering binnen ons landbouw- en voedselsysteem, worden bij Voedsel Anders alle dimensies van agro-ecologie tegelijkertijd aangepakt: zowel de ecologische, de socio-culturele, de economische als de politieke dimensie.

Agro-ecologie wordt dus beschouwd als een holistisch, ondeelbaar geheel. Op deze manier draagt agro-ecologie bij tot een oplossing voor de grondoorzaken van de uitdagingen waarmee onze maatschappij vandaag geconfronteerd wordt.

 

Agro-ecologische principes krijgen wereldwijd steeds meer erkenning en worden in praktijk gebracht door boeren in samenwerking met burgers en wetenschappers.

 

De basisprincipes van de rechtenbenadering

Voedsel Anders werkt inherent volgens de basisprincipes van de rechtenbenadering:

 

  • Rechten in plaats van noden

Voedsel Anders stelt de huidige context van het internationaal handels- en landbouwbeleid in vraag. Ze streeft naar een transitie binnen het voedings- en landbouwsysteem en betrekt rechthebbenden zoals boeren en burgers bij hun standpuntbepaling. Op deze manier komt Voedsel Anders op voor de rechten van (kleine) boeren en van de bevolking.  

 

  • De rol van de overheid

Voedsel Anders ziet de overheid als plichtsdrager voor het realiseren van agro-ecologie. De overheid moet via haar beleid zorgen voor de juiste financiële prikkels en tools (bv. verbeterde toegang tot grond) voor boeren, verwerkers en consumenten, zodat zij duurzaam voedsel kunnen produceren én consumeren. Dit geldt zowel voor de Europese beleidsmakers als voor deze in de deelstaten.

 

  • Rechthebbenden als actoren van verandering

Iedereen kan zich aansluiten bij Voedsel Anders: zowel burgers, bedrijven (verwerkers) als organisaties. Op deze manier wordt elke rechthebbende gezien als een krachtige actor van verandering. Mensen kunnen op deze manier zichzelf versterken om hun rechten te vervullen en kunnen zich organiseren binnen een breder netwerk.

 

  • Een goede analyse als basis

Voedsel Anders hecht veel belang aan een grondige analyse over de structurele problemen binnen ons landbouw- en voedselsysteem. Een beleidswerkgroep met deelnemers van verschillende lidorganisaties besteedt in haar denkwerk aandacht aan de schending van rechten voor boeren en burgers en onderzoekt wat nodig is om hierin verandering te brengen.

 

Strategieën van de rechtenbenadering binnen Voedsel Anders

Voedsel Anders gebruikt verschillende strategieën om verandering bij de rechthebbenden en plichtsdragers te bewerkstelligen. Ze focust voornamelijk op beleidswerk en op bewustwording en capaciteitsversterking van producenten en consumenten om zo het draagvlak voor agro-ecologie te versterken.

 

Beleidsbeïnvloeding

Verschillende problemen en uitdagingen binnen het landbouw- en voedselsysteem zijn het gevolg van beleidskeuzes. Een belangrijk onderdeel van het beleid is het creëren van de juiste financiële mechanismen die boeren, werkend volgens agro-ecologische principes, ondersteunen. Een ander wezenlijk onderdeel is het investeren van middelen in onderzoek naar agro-ecologie. Voedsel Anders oefent invloed uit op het beleid zowel via rechtstreekse dialoog als door het opzetten van burgerinitiatieven in samenwerking met boeren.  

 

Capaciteitsversterking

Voedsel Anders versterkt de 25 lidorganisaties die deel uitmaken van deze beweging. Ook burgers, bedrijven en andere organisaties die zich aansluiten bij Voedsel Anders worden versterkt via het organiseren van netwerkmomenten waarbij deelnemende organisaties leren van elkaar, het faciliteren van uitwisseling tussen lidorganisaties rond allerhande topics, het opzetten van debatten en workshops voor het brede publiek en het uitwisselen van inhoudelijke artikels en opiniestukken.

 

Draagvlakversterking

Voedsel Anders richt zich op het creëren van een beweging rond agro-ecologie om het draagvlak ervan te vergroten en te versterken. Dit wordt gerealiseerd door het organiseren van diverse evenementen en het aanbieden van inhoudelijke kennis.

Voedsel Anders wil dus bijdragen tot het verbreden van de transitiebeweging en burgers, bedrijven en organisaties inspireren rond agro-ecologie als concept voor een alternatief en duurzaam voedselsysteem.

 

Meer weten? Lees hier het manifest van Voedsel Anders dat elke partnerorganisatie onderschrijft.

Act for (y)our rights, een concept voor een vormingsweekend in België

Het is door ons samen te mobiliseren dat we voor een echte systeemverandering kunnen zorgen die mens en planeet centraal stelt in plaats van winstbejag. 

Act for (y)our rights is een inspirerende titel voor een vormingsweekend. Overal ter wereld worden mensenrechten nog altijd geschonden. Hoewel essentiële rechten in veel grondwetten over de hele wereld worden erkend, kunnen veel mensen er helaas niet van genieten. Waarom? Het recht op gezondheid, het recht op voedsel of de rechten van het kind worden onder meer bepaald door de omstandigheden waarin we geboren worden, opgroeien, leven, werken en oud worden. Wanneer we die rechten willen garanderen, moeten we in de eerste plaats de verschillende structurele oorzaken aanpakken die aan de basis liggen van mensenrechtenschendingen: slechte arbeidsomstandigheden, sociale netwerken, een onrechtvaardig sociaal-economisch beleid, een onduurzaam landbouwbeleid, ongelijke toegang tot kwaliteitsvol onderwijs…

 

Daarvoor hebben we sterke changemakers nodig. De mobilisatie van sociale bewegingen is meer dan noodzakelijk als we onze rechten en die van anderen willen doen gelden.

 

Het is in deze geest dat KIYO, Solidagro en Viva Salud dit vormingsweekend hebben georganiseerd om de kennis en vaardigheden te versterken van individuen en leden van sociale organisaties die zich willen mobiliseren voor verandering.

 

Via getuigenissen over mobiliserende acties in Palestina en België, kennismaking met instrumenten voor mobiliserende acties en campagnes, verwerven de deelnemers een degelijke achtergrondkennis over de mechanismen van sociale onrechtvaardigheid en hoe ze mensenrechten kunnen opeisen in een context waarin de democratische ruimte voor sociale bewegingen en actie stelselmatig krimpt.

 

Het is door ons samen te mobiliseren dat we voor een echte systeemverandering kunnen zorgen die mens en planeet centraal stelt in plaats van winstbejag. 

 

Getuigenis van Staf Vanduffel, deelnemer aan het weekend “Act for (y)our rights” 2019:

“Voordat ik aan deze training deelnam, kende ik Solidagro, Viva Salud en KIYO niet en had ik nog nooit gehoord van “changemakers” of het concept van empowerment. Voor mij was het weekend een echte “informatiebom”. (…) Tijdens de vele workshops van Labo vzw, Tractie en anderen werd veel aandacht besteed aan de persoonlijke inbreng van ideeën en meningen. Tijdens de lezingen leerde ik veel nieuwe en interessante feiten en werd ik me meer bewust van wat het betekent om een mensenrechtenactivist te zijn. Ik heb een beter inzicht gekregen in de manier waarop hulp kan worden geboden en hoe mensen ter plaatse een grote invloed hebben op de verdediging van hun rechten. Het is goed dat er mensen zijn die zich inzetten voor de mensenrechten en niet alleen hun werk doen, maar ook hun passie. Voor mij was dit weekend een zeer informatieve en plezierige ervaring!”

Defend the defenders: samen komen we op voor sociale bewegingen

Op 10 december vieren we sinds 1948 elk jaar de ondertekening van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Al sinds zo lang blijven sociale bewegingen en mensenrechtenverdedigers wereldwijd onze basisrechten verdedigen. Maar ze lopen ook wereldwijd gevaar. Daarom organiseren Solidagro en Viva Salud met een brede coalitie van vakbonden en niet-gouvernementele organisaties op 10 december de actie ‘Defend the Defenders’ om sociale bewegingen en mensenrechtenverdedigers te steunen.

Hoewel sociale bewegingen en mensenrechtenverdedigers in sommige landen al lang moeten afrekenen met repressie, verergerde deze tendens tijdens de coronapandemie in 2020. Het geweld tegen vertegenwoordigers van vakbonden, mensenrechtenorganisaties en milieubewegingen nam in heel wat landen toe. Ze zijn er het slachtoffer van intimidatie, pesterijen, valse beschuldigingen, onwettige arrestaties, ontvoeringen en zelfs moord.

 

Mensenrechtenverdedigers onder druk

Bernardo Caal Xol uit Guatemala werd meer dan twee jaar geleden aangehouden in zijn geboortestreek Cobán. In die streek bouwen, onder andere, Spaanse multinationals stuwdammen die het milieu aantasten en het grondgebied verwoesten. Bovendien leiden de multinationals het water om waardoor dorpen met een watertekort kampen. Bernardo organiseerde de lokale inheemse gemeenschap en werd daarom tot 7 jaar en 4 maanden opsluiting veroordeeld.

In het nabijgelegen Honduras betekent de bescherming van het milieu een gevaar voor eigen leven. Honduras is een van de meest dodelijke landen voor milieuactivisten. Volgens Global Witness werden sinds 2010 meer dan 120 activisten vermoord, anderen zitten in de gevangenis. 8 activisten van het dorp Guapinol zitten sinds 2015 in de gevangenis omwille van hun verzet tegen twee mijnbouwbedrijven die de waterbronnen voor duizenden mensen vergiftigen.

Colombia is het gevaarlijkste land ter wereld voor syndicalisten en mensenrechtenactivisten. In oktober werd de 18-jarige vakbondsactivist en mensenrechtenverdediger Jayder Quintana vermoord. Hij was lid van de vakbond Fensuagro. Sinds de ondertekening van het vredesakkoord tussen de Colombiaanse overheid en de FARC in 2016 werden meer dan 1.000 activisten vermoord.

De Filipijnse Zara Alvarez is een gezondheids- en mensenrechtenactiviste. Op 17 augustus 2020 werd Zara op brutale wijze vermoord omwille van haar inzet in haar gemeenschap. Verschillende Belgische ngo’s hebben deze zaak aangekaart bij de Filipijnse ambassadeur. Voorlopig zonder reactie.

Thierry Bodson, de huidige voorzitter van het ABVV werd maandag 23 november samen met zestien vakbondsleden door de correctionele rechtbank van Luik veroordeeld tot voorwaardelijke gevangenisstraffen en boetes van 600 tot 4.800 euro voor ‘kwaadwillige belemmering van het verkeer’. Deze veroordeling is verontrustend, en is geen alleenstaand feit. Twee jaar geleden werd Antwerpse voorzitter van het ABVV Bruno Verlaeckt veroordeeld omwille van een syndicale actie in de haven van Antwerpen. De veroordeling is een gevaarlijk precedent voor iedereen die collectieve actie onderneemt en criminaliseert zo sociale bewegingen.

 

Oproep voor de bescherming van mensenrechtenverdedigers en sociale bewegingen

Met hun actie roepen de organisatoren van Defend the Defenders de Belgische regering op om:

Mensenrechtenverdedigers en sociale bewegingen te beschermen, om te beginnen in België. Syndicalisten worden in België ontslagen of veroordeeld omwille van hun engagement, terwijl COVID-19 net aantoont hoe belangrijk het is om werknemers goed te beschermen. Daarnaast trad de politie bij recente protesten, voor en tijdens de coronapandemie, onnodig hardhandig op. Sociale bewegingen spelen een sleutelrol in de bescherming van werknemers en het bestendigen van mensenrechten.

Het op te nemen voor sociale bewegingen en mensenrechtenverdedigers wereldwijd. We verwijzen hier naar de dramatische mensenrechtensituatie in de Filipijnen, Colombia, Guatemala en Honduras, waar verschillende Belgische ngo’s en sociale bewegingen samenwerken met partnerorganisaties die onder zware druk staan. We vragen u deze ernstige situatie aan te kaarten bij de ambassadeurs van de respectievelijke landen.

Een coherent buitenlands beleid te voeren met betrekking tot de bescherming van mensenrechten. Zo vinden we het onaanvaardbaar dat België en de Europese Unie handelsverdragen afsluiten met landen als Colombia, waar activisten regelmatig worden vermoord, dat ons land handel voert met landen als Saudi-Arabië dat terrorisme financiert of samenwerking met Israëlische defensiebedrijven normaliseert. Dit zijn slechts enkele voorbeelden van de Belgische en Europese medeplichtigheid aan deze mensenrechtenschendingen.

Meer info: https://defendthedefenders2020.wordpress.com/

Geëmancipeerde vrouwen in Vila Vila

Aynisuyu is een partnerorganisatie van Solidagro in Bolivia die werkt aan de lokale ontwikkeling en verspreiding van agro-ecologische modellen in het kader van het recht op gezonde voeding en water. Ze werken met publieke en private actoren, met aandacht voor arme boeren en kwetsbare groepen zoals vrouwen, kinderen en jongeren.

Aynisuyu heeft in Vila Vila, een rurale gemeente in de Cono Sur regio, departement Cochabamba,  vanaf 2017 een proces op gang gezet  van sensibilisering en capaciteitsversterking van de overheid en basisorganisaties van Vila Vila rond de toepassing van de Wet voor Aanvullende Voeding op Scholen, een reglement dat in 2018 in werking is getreden.  De boerinnenorganisatie Bartolina Sisa van Vila Vila is de grote leverancier van lokale voedzame producten voor het Schoolontbijt.  Santusa Romero Crespo is de secretaris van deze organisatie op subcentraal niveau:

 

 “De vrouwenorganisatie was erg zwak omdat er geen middelen waren voor deelname aan bijeenkomsten van Bartolina Sisa op hogere niveaus. We hebben veel nagedacht over hoe we eigen inkomsten kunnen genereren. Met steun van Aynisuyu verwerken we sinds drie jaar granen en peulvruchten die lokaal worden geproduceerd en verwerkt in voedzame drankjes voor de kinderen op school. Na drie jaar zijn we als vrouwenorganisatie meer een eenheid geworden en is een aparte directie opgericht speciaal voor het functioneren van deze producentenorganisatie. Dankzij de inkomsten kan de directie van de overkoepelende vrouwenorganisatie zich nu beter mobiliseren. Het initiatief heeft de aandacht getrokken van meer boerinnen om producten te leveren aan deze producentenorganisatie of om te werken voor een dagloon. Het aantal leden is het afgelopen jaar toegenomen van 71 tot 99 vrouwen uit zes dorpen”. De vrouwenorganisatie en de producentenorganisatie versterken elkaar dus wederzijds. De economische ontwikkeling van de vrouwen is een belangrijke stap in hun emancipatieproces. De boerinnen kopen de producten lokaal op zodat ze ook een nieuwe afzetmarkt verschaffen aan boerengezinnen. En tegelijkertijd verbetert het initiatief, dus de voeding van de kinderen.

Hoe staat het met agro-ecologie in Bolivia?

Wanneer u kan kiezen tussen een sla gekweekt in chemicaliën (pesticiden, herbiciden of insecticiden) of een andere, zonder chemicaliën, op biologische wijze gekweekte sla – welke zou u dan kopen?

Op de Boliviaanse markt wordt zelden gevraagd hoe de groenten werden gekweekt, nochtans zijn er boeren die kiezen voor de biologische manier, en er zijn anderen die met chemische bestrijdingsmiddelen hun sla kweken.

De agro-industrie uit het laagland van Bolivia heeft de afgelopen jaren een zeer sterke lobby gehad bij de overheid in La Paz, waardoor de deur wagenwijd werd opengezet voor chemische bestrijdingsmiddelen en genetische gemanipuleerde gewassen. De enorme bosbranden in de Chiquitania, rond september 2019 waren het gevolg van overheidsbeleid om de landbouwgrond vrij te maken voor monocultuur van bijv. soja. In deze context groeide het besef van vele actoren in Bolivia, die zich sterk maken voor agro-ecologie, dat het de hoogste tijd is om de krachten te bundelen en zodoende tegenwicht te bieden.

 

MAB – Boliviaanse Agro-ecologisch Beweging

Begin 2020 kwamen verschillende instellingen, platformen, ngo’s en agro-ecologische producenten samen in La Paz om de stand van zaken over deze alternatieve voedselproductievorm te evalueren en om een beleidsstrategie te ontwerpen voor de promotie ervan tot op nationaal niveau. Ze noemen zichzelf de ‘Boliviaanse Agro-ecologisch Beweging’ (MAB – Movimiento Agroecológico Boliviano). In maart 2020 werd wederom een stap gemaakt richting de verdere consolidering van deze nieuwe agro-ecologische beweging.

Solidagro ondersteunt de beweging met de participatieve ontwikkeling van een strategie voor sensibilisering en beleidsbeïnvloeding. Hieruit kwamen drie speerpunten naar voren:

  1. Meer investering en ondersteuning van de agro-ecologische producenten op landelijk niveau.
  2. Sensibilisering van consumenten over het belang van gezonde voeding.
  3. Promotie van de korte keten: directe verkoop van ecologische producenten aan de consument van gezond voedsel.

 

Agro-ecologisch produceren, systemische aanpak

“Het is veel gemakkelijker om een conventioneel product te produceren. Je krijgt een plaag en je zet er insecticide op; je krijgt een onkruid en je zet er herbicide op; je bodem is slecht, je zet er kunstmest op. Agro-ecologische productie gaat verder, je herstelt de bodem door een reeks praktijken zoals gewasrotatie, rotatie van percelen, voorbereidde input, enz. De productie is dus erg complex, maar het is echt duurzaam omdat we het milieu niet schaden en we de biodiversiteit respecteren en we in principe werken met lokale inputs, om niet afhankelijk te zijn van externe inputs,” zegt de technisch directeur van de Vereniging van Organisaties van Ecologische Producenten van Bolivia, Lourdes Vargas, een entiteit die 70.000 agro-ecologische producenten in het hele land samenbrengt.

 

Wat de productie betreft, hebben de organisaties die samen de MAB vormen, de klimaatverandering geïdentificeerd als een van de belangrijkste gevaren die worden aangemoedigd door het conventionele voedselproductiesysteem. En die, dubbel, ook de agro-ecologische productie beïnvloedt door het verzwakken van de bodem en het ecosysteem.

“Als we een goede bodem hebben, zullen we goede gewassen hebben; als we goede gewassen hebben, zullen we goed voedsel hebben; en als mensen goed voedsel eten, zullen ze gezond zijn. We moeten ook denken aan de vele generaties die na ons nog zullen komen,” zei Germán Vargas van de Agroecology and Faith Association of Cochabamba.

 

“Degenen die zichzelf als voorstander van de agro-ecologie beschouwen moeten een systematische aanpak hebben: ik kan niet het ene uur agro-ecologisch zijn en het andere uur niet, ik kan niet thuis agro-ecologisch zijn en buitenhuis een onwetende consument zijn, ik kan niet werken in een agro-ecologische instelling en terug naar huis gaan en een ‘junkie-consument’ zijn. Het is belangrijk om dit bewustzijn binnen elke persoon, familie en uiteindelijk binnen elke instelling te stimuleren”, aldus Maria Julia Jimenez, coördinator van de Slow Food-beweging in Bolivia, die werkt aan de productie van goed, eerlijk en schoon voedsel, en dat in tegenstelling tot fastfood.

 

Overheid steun?

Tot slot werd vastgesteld dat het gebrek aan overheidsbeleid op gemeentelijk, departementaal en nationaal niveau de groei en de bevordering van agro-ecologie belemmert. Men ziet dat de agro-industrie van soja, olie en andere producten, die zich voornamelijk in het oostelijke deel van Bolivia bevinden, het meest profiteren van het overheidsbeleid.

 

“We hebben het gehad over het gebrek aan duidelijkheid in het staatsbeleid. We zien dat alle ministers en viceministers die verantwoordelijk zijn voor een deel van het probleem waar we mee te maken hebben, een zeer beperkt budget hebben en dat de staat bovendien over het algemeen de voorkeur geeft aan sojaboeren, veehouders, grote producenten die pesticiden gebruiken, enzovoort. Dit voor politiek of economisch gemak. We hebben het gevoel dat er een soort van dubbel discours is, dus we willen graag opheldering. Wil je echt dat we de voorkeur geven aan gezonde voeding of is het slechts een zoethouder om ons tot zwijgen toe te bewegen? Dat is wat we gemakzuchtig beleid noemen”, legt de voorzitter van de Vereniging van Boliviaanse Chef-koks, Pierre Van Oost, uit.

MAB probeert via deze bijeenkomsten, in lijn met de strategie voor beleidsbeïnvloeding, meer instellingen te betrekken om een grotere politieke impact te bereiken. In eerste instantie op lokaal en vervolgens op nationaal niveau, legde Enrique Torrejón, coördinator van het Sustainable Food Systems Program van de Nationale Unie van Instellingen voor Maatschappelijk Actiewerk (UNITAS), nog uit.

Gemeentelijk wetgeving voor de bescherming van water in Bolivia

Water is leven, maar wat als er steeds minder water is? Houdt het leven dan ook op? Solidagro zet daarom meer en meer bescherming van waterbronnen en infiltratiegebieden op de eerste plaats!

Water is leven” is een veel gehoorde uitspraak in de Cono Sur regio (Bolivia). Omgekeerd geldt hier ook dat zonder water geen leven mogelijk is. Dit is in toenemende mate de realiteit voor veel boeren in Cochabamba, waar Solidagro en haar partners Agrecol, Aynisuyu en INCCA (Instituto de Capacitación Campesina) actief zijn. Gedwongen migratie naar de stad door gebrek aan water is hier aan de orde van de dag.

 “Vroeger was hier een waterbron” hoort Solidagro steeds vaker wanneer ze boerendorpen bezoeken.

 

Dit heeft Solidagro en hun partners aan het denken gezet na meer dan 10 jaar uitvoeren van rurale projecten rond voedselzekerheid. Irrigatie was altijd een centraal element in deze projecten en met succes. Veel boeren hebben hun oogst kunnen verdubbelen door toegang tot irrigatiewater. Maar voor hoe lang nog?

 

Inmiddels is Solidagro en zijn partners sinds 2018 bezig in de Cono Sur regio bestaande uit 12 rurale gemeenten met de participatieve ontwikkeling van gemeentelijke wetgeving voor de bescherming van waterbronnen en infiltratiegebieden. Dit proces begint nu haar vruchten af te werpen. In september 2019 keurde de gemeente Vila Vila haar wet goed en in andere gemeenten van de Cono Sur wordt aan de weg getimmerd. In Pasorapa beleefde Solidagro onlangs de eerste watertop waar met een grote vertegenwoordiging van basisorganisaties en de gemeentelijke overheid de basis werd gelegd voor nieuwe wetgeving voor integraal waterbeheer.

In totaal hebben naast Vila Vila nog 8 gemeenten in Bolivia wetgeving voor de bescherming van hun waterbronnen en infiltratiegebieden. De gemeenten die hier werk van maken mogen we dus onder de pioniers rekenen (bron: Normativa municipal de protección de zonas de recarga hídrica, Helvetas/ MMAyA, november 2018).

Infiltratiegebieden?

De bescherming van waterbronnen en infiltratiegebieden komt zelden direct als prioriteit voort uit de basisorganisaties of gemeentelijke overheden. De toegang tot water is wat lokale actoren sterk mobiliseert, maar van het belang van de bescherming van het water bergop is men zich nog weinig bewust. Het is dus een uitdaging om deze lokale actoren te overtuigen van actie om hun water voor de toekomst te garanderen.

Veel boerenleiders horen voor het eerst van infiltratiegebieden of verwarren deze met de waterbronnen zelf (daar waar het water uit de grond komt). De infiltratiegebieden bevinden zich boven in de bergen, aan de bovenkant van het stroomgebied en hebben een sponswerking. In de regentijd wordt in deze gebieden het grondwater aangevuld waardoor de waterbronnen in de droge periode nog steeds water bevatten.

Het niveau van infiltratie hangt echter van verschillende factoren af zoals de hellingsgraad, de bodemsoort, de vegetatie, de neerslag in het gebied… Wanneer de dorpen in deze gebieden ongecontroleerd het bos kappen, de vegetatie verbranden en overbeweiding plaatsvindt, verliezen de infiltratiegebieden hun sponswerking en stroomt het water de berg af, vaak met erosie tot gevolg.  De toepassing van chemische bestrijdingsmiddelen en de uitwerpselen van het vee verontreinigen de waterbronnen. Bescherming van deze gebieden is dus van groot belang!

Om de gemeenten en basisorganisaties hiervan te overtuigen heeft het Solidagro programma o.a. uitwisseling georganiseerd met andere gemeenten die al verder zijn met de bescherming van hun water. Bestaande wetgeving rond de bescherming van waterbronnen heeft Solidagro verspreid als voorbeeld in de Cono Sur regio en daarbuiten.

Capaciteitsversterking over inhoudelijke en legale aspecten, sensibilisering via folders en regionale radio, lobby naar gemeenten, deelname aan bijeenkomsten van de boeren en boerinnenorganisatie zijn allemaal onderdeel van de gezamenlijke ontwikkeling van de lokale wetgeving. Hierbij bundelen de partners lokale capaciteiten met die van andere ngo’s, universiteiten en voor specifieke legale kwesties huren de Solidagro partners consultants in.

Wetgeving en effecten

Concreet voorziet de wetgeving een jaarlijkse watertop met alle relevante lokale actoren en een evenwichtige deelname van mannen en vrouwen. Tijdens deze top worden de prioriteiten bepaald, de infiltratiegebieden die als eerste aandacht verdienen worden geïdentificeerd en vervolgens wordt een plan gemaakt voor de bescherming van deze gebieden. Het gaat om activiteiten als de omheining van de waterbronnen en infiltratiegebieden, aanplanten van inheemse boomsoorten, het graven van filtratiegeulen…

In de wet is een percentage vastgesteld van 0,5 % van het totale gemeentebudget dat jaarlijks besteed moet worden aan de uitvoering van dit plan. Ook wordt een organisatie van lokale actoren opgezet voor het beheer van de micro-stroomgebieden. Overtreding van de regels in de beschermde gebieden is strafbaar.

De ontwikkeling van lokale wetgeving heeft weinig zin wanneer de lokale actoren, de boeren- en boerinnenorganisatie, de irrigatiewerkers, niet vanaf het begin betrokken zijn bij het proces. De basisorganisaties moeten sociale controle uitvoeren zodat de gemeente het beleid ook daadwerkelijk in de praktijk brengt. Alleen wanneer het voorstel voldoende legitiem is en gedragen wordt door de basisorganisaties, zullen de gemeenten de wetgeving blijven uitvoeren.    

 

Solidagro’s invalshoek wekt alvast interesse van veel andere organisaties waaronder ngo’s, netwerken, universiteiten en andere gemeenten. Het Ministerie van Water en Milieu steunt dit soort lokale wetgeving ook in lijn met het Nationaal Plan voor Stroomgebieden. Door krachten te bundelen mikt het Solidagro-programma in Bolivia op een sneeuwbaleffect zodat steeds meer gemeenten in Bolivia hun water gaan beschermen.

Recht op permanent gebruik van groentetuinen in Burkina Faso

Als het gaat om het recht op voedsel is de toegang tot landbouwgrond een groot probleem voor vrouwen in Burkina Faso. Dankzij de analyse die werd uitgevoerd door Solidagro’s partners en lokale maatschappelijke organisaties, werden de oorzaken van deze moeilijkheden stuk voor stuk in kaart gebracht.

In Burkina Faso hebben de partners van Solidagro een zeer goede kennis van de context waarin ze werken, waardoor ze relevante oplossingen kunnen aanreiken voor de problemen waarmee de doelgroepen worden geconfronteerd.

Toen bijvoorbeeld bleek dat er drempels waren waardoor vrouwengroepen in het droge seizoen niet met groenteteelt begonnen, analyseerden de partners de situatie met de leden van deze basisorganisaties. Ze ontdekten dat de rechten van vrouwen om toegang te krijgen tot landbouwgrond voortdurend in vraag werd gesteld en dat de groentetuinen aan het einde van elk project/programma hen opnieuw werden ontnomen. Tegenover deze achtergrond bleven de plichtsdragers passief. Dit kan te wijten zijn aan het sociale en traditionele karakter in de Burkinese maatschappij, dat erg gevoelig blijft bij het spreken over vrouwenrechten. Daarnaast is de wetgeving over landgebruik moeilijk om toe te passen. Een eerste stap is het identificeren van de plichtsdragers die het landbezit kunnen vergemakkelijken. Dit zijn de landeigenaren en de lokale autoriteiten.

Een goede stakeholderanalyse en het besef van vrouwen over hun recht op landbouwgrond leidden tot effectieve onderhandelingen. Deze maakten het mogelijk om percelen permanent beschikbaar te maken voor de vrouwengroepen. Uit dit proces blijkt dat het opeisen en toegankelijk maken van landbouwgrond gemakkelijker is voor een basisorganisatie dan voor individuele vrouwen.

Colette, boerin in Burkina Faso en fier het te zijn

Colette is lid van een basisorganisatie in Burkina Faso gesteund door Solidagro. Ze vertelt ons hoe ze hierbij meer zelfvertrouwen kreeg en nu in het openbaar haar mening durft te uiten, als boerin, maar zeker ook als vrouw.

Mijn naam is Colette, ik ben 51 jaar oud, heb 6 kinderen en ik woon in Zitougou, een dorp in de gemeente Zabré in Burkina Faso. Ik ben lid van de “Koudawouré Aminga”-groep. Dit is een basisorganisatie met als doel de lokale ontwikkeling en verbetering van onze levensomstandigheden.

Voordat Solidagro in het gebied actief was, werkten we zonder enige technische ondersteuning. Om de bodem te bemesten, kochten we kunstmest en voor de behandeling van onze planten gebruikten we chemische bestrijdingsmiddelen. Onze bronnen droogden snel op omdat we geen idee hadden hoe het water voor ons groenteperceel te beheren. Sinds de samenwerking met Solidagro ben ik beter toegerust voor de groenteteelt: ik heb mijn productiemethode aangepast en dankzij de toepassing van technieken die voor ons helemaal onbekend waren, gebruik ik geen chemische meststoffen noch pesticiden meer.

Nu heb ik meer economische draagkracht, want in plaats van de chemische inputs te kopen, produceer ik zelf organische meststoffen en dus kan ik mijn geld sparen voor de uitgaven voor het onderwijs van mijn kinderen, wat ik vroeger niet kon doen. Mijn gezondheid is verbeterd doordat het werk is verlicht, waardoor ik minder moe ben. Ik heb nu ook toegang tot een gevarieerd dieet en consumeer wat ik produceer met mijn gezin, terwijl voorheen alles bedoeld was voor de verkoop. Een laatste verandering die ik kan bevestigen, is het feit dat ik me durf uit te spreken in onze basisorganisatie, iets dat ik nooit eerder heb durven doen. Ik heb nu meer zelfvertrouwen.

 

Dit laatste punt verdient meer informatie. Partners van Solidagro zijn opgeleid om gender in hun activiteiten te integreren. Tijdens trainingen wordt bijvoorbeeld de keuze van trainingslocaties en uren bepaald met deelname van alle leden (man en vrouw). Ook worden vrouwen tijdens de training aangemoedigd om hun mening te geven en actief deel te nemen. Het versterken van technische, alfabetiserings- en leiderschapscapaciteiten heeft het voor vrouwen mogelijk gemaakt om meer ruimdenkend en assertiever te zijn. We zien steeds meer vrouwen die niet aarzelen om in het openbaar te spreken en zich duidelijk te uiten. In gemengde basisorganisaties krijgen vrouwen toegang tot verantwoordelijke functies. Volgens hun getuigenissen heeft bewustmaking over het gemeenschappelijke beheer van huishoudelijke middelen en een betere communicatie tussen man en vrouw, geleid tot een beter wederzijds begrip. Vrouwen getuigen dat ze onderhandelingsvaardigheden hebben verworven (inzicht, kennis, inkomen), wat betekent dat mannen er bij de besluitvorming rekening mee houden. Het empowermentprofiel dat door de partners van Solidagro wordt gebruikt, bestaat uit 4 elementen: de geletterde vrouw, de vrouw die haar middelen beheert, de vrouw met toegang tot productiefactoren en de vrouw met toegang tot krediet. Deze indicatoren zijn exponentieel geëvolueerd binnen de gemeenschappen waarmee de partners van Solidagro samenwerken.